Een veelgebruikte waarde om de groeispurt van kinderen te schatten is de Peak Height Velocity (PHV). Deze waarde kan erg handig zijn om te bepalen welke spiergroepen wel of niet getraind of getest kunnen worden. Een kind die in de groeispurt zit heeft vaak meer klachten van pees/bot aanhechtingen, met dit gegeven is het handig om dit minder intensief te trainen. Een kind die juist net uit de groeispurt komt is bijvoorbeeld weer erg gevoelig voor explosiviteit en snelheidsvormen.
Voor trainings- en testdoeleinden is het van cruciaal belang om te weten in welke fase een kind zich bevindt zodat hier rekening mee gehouden kan worden.
In het boek Athletic Skills Model (ASM) spreekt men van drie verschillende fases:
P1: start groeispurt
P2: rondom piek van groeispurt
P3: na de piek en einde van de groeispurt
Door te berekenen hoe ver een kind zich nog van de groeispurt af bevindt kan bepaalt worden in welke fase het kind zit. Zie de afbeelding hieronder:
De formule voor het berekenen van de PHV ziet er als volgt uit:
Jongens |
= -9,236 + (0,0002708*(BL*ZL)) + (0,001663*(LT*BL)) + (0,007216*(LT*ZL)) + (0,02292*(KG/LL*100)) |
Meisjes |
= -9,376 + (0,0001882*(BL+ZL)) = (0,0022*(LT*BL)) + (0,005841*(LT*ZL)) + (-0,002658*(LT*KG)) + (0,07693*(KG/LL)*100)) |
BL = Beenlengte in cm
ZL = Zitlengte in cm
LT = Leeftijd in jaren afgerond met 1 decimaal
KG = Lichaamsgewicht in kg
LL = Lichaamslengte in cm |